Beheerjaar 2021: beheer in de droge dooradering
Binnen het Collectief gaat het vaak om weidevogelbeheer, maar dat is niet het enige waar we met onze deelnemers mee bezig zijn. Het andere leefgebied waarin we actief zijn heet droge dooradering, waarbij het bijvoorbeeld om het beheer van landschapselementen, zoals houtwallen en poelen, gaat. Voor deze vormen van beheer vindt het onderhoud vooral in het najaar en de winterperiode plaats, dus veel deelnemers kunnen nu aan de slag.
De droge dooradering is eigenlijk een beetje een verwarrende naam, omdat ook poelen hieronder vallen. Slechts een beperkt deel van het beheer (ongeveer 20% van het beheerbudget) binnen het werkgebied van het Collectief betreft beheer in de droge dooradering. Dit komt deels doordat de oppervlaktes vaak beperkt zijn: een poel of een houtwal neemt immers geen grote ruimte in. Het beheer dat onder de droge dooradering valt, zijn: poelen, botanisch hooiland, verschillende vormen van hakhoutbeheer en houtwallen, knotwilgen, heggen, struweelranden, wintervoedselakkers en kruidenrijke akkerranden. Binnen het Collectief hebben we vooral contracten afgesloten voor botanisch hooiland, hakhoutbeheer (houtwallen), poelen en wintervoedselakker.
Binnen de droge dooradering werken we aan het verbeteren van het leefgebied van verschillende vogelsoorten, amfibieƫn en insecten. Vogels zoals steenuil, geelgors en ringmus zijn gebonden aan een landschap met een afwisseling tussen opgaande landschapselementen, struweelranden en extensief beheerd gras- en akkerland. De wintervoedselakkers vormen in de winter een voedselbron voor zaadetende vogels, zoals de geelgors en de ringmus.
Ook voor amfibieƫn is de droge dooradering van belang: ze planten zich voort in de poelen en kunnen overwinteren in houtwallen en andere houtopstanden. Daarnaast vormen insecten en ongewervelden een belangrijke doelgroep. In de hooilanden en akkerranden vinden ze voedsel (nectar en stuifmeel, maar ook andere ongewervelde dieren) en verschillende soorten planten zich ook voort op deze percelen. Daarnaast bieden poelen en houtige landschapselementen een plek om zich voort te planten of te overwinteren.
Het beheer van de droge dooradering verschilt nogal van weidevogelbeheer. Het onderhoud aan houtopstanden vindt plaats in de winterperiode, de poelen worden in het najaar geschoond. Voor de wintervoedselakkers en de kruidenrijke akkerranden is het van belang dat deze tijdig ingezaaid worden met een geschikt mengsel.
Deelnemers met een houtopstand kunnen tussen 1 oktober en 15 maart aan de slag met de snoeiwerkzaamheden en, afhankelijk van het pakket, eventueel de eindkap. Na het onderhoud aan uw landschapselement is het belangrijk om binnen zeven dagen melding te doen bij het Collectief. U kunt het meldingsformulier en de pakketvoorwaarden ook terugvinden onder https://www.collectiefnoordwestoverijssel.nl/anlb-2016-2021/documenten/.