Prachtige resultaten rondom plasdrassen
Voor de meeste weidevogels was het geen slecht voorjaar. Vooral rondom de plasdrassen zijn heel wat jonge grutto’s, kieviten, tureluurs en wulpen geboren en opgegroeid. De weersomstandigheden waren in de tweede helft van het voorjaar vrij gunstig. Toen 15 juni in beeld kwam begon het bij menig deelnemer te kriebelen. De weersomstandigheden zouden nog een paar dagen goed blijven en daarna werd veel regen voorspeld. Zo is er rondom 15 juni buitengewoon veel gras gemaaid en verreweg het meeste gras is ook mooi voor de regen van het land gehaald. Het blijft voor deelnemers een behoorlijke uitdaging om de mogelijkheden van agrarische natuurbeheer optimaal in te passen in de bedrijfsvoering. Wat voor de weidevogels goed is, is niet altijd goed voor de koe. Onze veldcoördinatoren willen hierin graag meedenken. Telkens weer blijkt dat variatie een zeer bepalende succesfactor is. Dit betekent feitelijk dat weidevogels het beste gedijen bij deelnemers die een plasdras hebben, doen aan voorbeweiding, percelen extensief beweiden, kruidenrijke weilanden (minimaal 15 kruiden en/of grassen) hebben en met verschillende verlate maaidatums (zoals 1 en 15 juni) werken. Daarnaast is passie voor weidevogels en natuur ook een sleutelbegrip. Ik wil alle deelnemers en vrijwilligers weer bedanken voor hun inzet en betrokkenheid in het afgelopen weidevogelseizoen.
Als we vooruit kijken dan liggen er de komende maanden nieuwe uitdagingen op tafel. Zo zitten we aan tafel als er gesprekken plaatsvinden over het nieuwe GLB, het Nationaal Strategisch Plan, de gebiedsgerichte aanpak Stikstof en zijn we in afwachting van beschikkingen aangaande twee ingediende pilots (Natura-2000 en Veenweide).
Met een hartelijke groet
Uw voorzitter
Cor Pierik